December 2014:
Desinfectie en speenconditie.
Nu het weer kouder wordt let extra goed op de speenconditie.
Koeien laten zich niet graag melken wanneer ze gevoelige en schrale / of ruwe spenen hebben, zeker niet met koud weer.
Zowel de melktechniek als het sprayen hebben hier grote invloed op en dat geeft extra problemen bij koud of vochtig weer.
Controleer of de spenen goed geraakt worden en of er in uw desinfectiemiddel ook voldoende “huidverzorging” mee gesprayd wordt.
Correct voorbehandelen en melken is hierbij ook belangrijk natuurlijk.
Kijk ook nog eens naar de andere tips die vorige jaren over kou geplaatst zijn.
November 2014:
Prestatie index.
In Delpro staat in de Lijsten bij de Standaardlijsten bij “Melken info” de lijst “Melkbeurt prestatie”.
De achterste kolom heet Prestatie index. Deze index geeft aan hoe goed de VMS deze koe aansluit.
Boven de 100 is goed en boven de 130 heel goed, boven 150 is best. Beneden de 100 dus minder goed.
Als u op deze kolom sorteert vallen de laagsten en hoogsten meteen op en die koeien herkent u ook vaak.
Een koe krijgt een 0 als u deze (meestal) met de hand aansluit.
De laagste koeien zijn de moeite waard om te bekijken of er met aansluitmogelijkheden of aanpassen van de melktoestemming voor deze koe verbeteringen te halen zijn, of dat ze een keer opnieuw ingeregeld moet worden, (zie Tip van de Maand Januari 2014), dat scheelt natuurlijk veel tijd en capaciteit bij de melkrobot!
Een paar kolommen eerder staat hoe lang de koe gemiddeld in de VMS staat. Deze twee hebben natuurlijk veel met elkaar te maken!
Oktober 2014:
Benutten kwaliteits-verschillende ruwvoerpartijen.
Er is dit jaar veel ruwvoer gewonnen, en ook weer met heel verschillende kwaliteiten.
Zo kon er al heel vroeg gemaaid worden, en met name die eerste kuil heeft erg veel energie, erg veel ruw eiwit, maar, vooral als het niet al te droog is, ligt het de koeien letterlijk als een blok op de maag.
Ze kunnen daar gewoon niet mee omgaan!
Deze graskuil met haar fantastische gehaltes, kunt u alleen benutten wanneer u het kunt mixen met andere typen kuilen, en er zijn dit jaar heel verschillende kuilen gewonnen!
Dat is ook zo met het gras wat u deze herfst nog kunt maaien: veel ruw eiwit, minder energie en ook smaak => lagere opname!!
En daarom is het belangrijk als u bijzondere partijen ruwvoer kunt mengen en doseren over een langere periode van het jaar!
Bespreek goed met uw voeradviseur het rantsoen, maar vooral de verdeling daarvan over het hele jaar zodat u ondanks de topkwaliteiten en ruime hoeveelheden ruwvoer niet evengoed een paar maanden moet “aanklooien”!
September 2014:
Het maïsoogst seizoen komt er weer aan.
Hoewel we met zijn allen al best veel ervaring hebben wat maïs teelt en maïs oogst betreft gaat er toch nog regelmatig wat mis.
Als de maïs niet goed rijp wordt geoogst krijg je heel gauw pensverzuring, dat zorgt altijd voor minder melk maar bij een melkrobot waar de koe vrijwillig komt betekent dat voor een koe die zich niet zo lekker voelt natuurlijk meteen ook minder VMS bezoeken!
Dus gaat de productie 2x zo hard onderuit dan in een traditionele melkstal.
Reken maar dat het aantal bezoeken zomaar met 0,2 – 0,5 naar beneden gaat!
Hebt u ook nog eens wat korte of natte graskuil daarbij dan weet u dat het rantsoen gewoon niet te corrigeren is.
Ook oude maïskuil kan eerder voor pensverzuring zorgen, dus dat moet voorzichtiger op gevoerd worden
Goed rijp, goed gehakseld, heel goed aangereden, juiste hoogte en breedte i.v.m. met voersnelheid, afdichten:
U bepaalt in 2 dagen een heel groot deel van uw jaarinkomen!
Augustus 2014:
Hebt u een Stroom aggregaat?
En zo ja, wanneer hebt u hem voor het laatst getest?
Het is weer de tijd van onweer, en dan kan de stroom wel eens uitvallen.
Maar ook bij onze stroomnetwerken gaat wel eens iets mis en zit u zonder stroom. Dat komt nooit goed uit, en zeker niet bij melkrobots want die moeten 24 uur draaien!
Juli 2014:
Voorsprayen?
De VMS geeft de mogelijkheid de spenen niet alleen na het melken maar ook vooraf met hetzelfde desinfectiemiddel te sprayen.
Dat is in Nederland, en Duitsland ook, verboden omdat men bang is voor teveel jodium in de melk.
De meeste Mastitisverwekkers zijn te verdelen in Koegebonden (gaan alleen via melk, huid, of vliegen(!!) van koe naar koe over) en omgevingsgebonden bacteriën (zitten in boxen, mest, stro, voer, enz.).
Hebt u bijvoorbeeld te vaak een koe met E-coli uierontsteking (omgevingsgebonden bacterie) is de volgorde:
- schone boxen
- schone stal, fris, luchtig, enz.
- arm VMS paar keer per dag schoonmaken en met wat desinfectiemiddel (chloor) in een handspray flaconnetje de arm ontsmetten
- “risicovolle” koeien op voorsprayen zetten. Dan wel even melden bij uw melkwinningsadviseur
Voorsprayen werkt alleen, of vooral, met dipmiddelen met voldoende en “snel” jodium zoals Pro-Active en Tri-Fender.
Bacteriën zijn nu eenmaal overal, dus op alle bedrijven, het is en blijft een voortdurende sport om ze zo weinig mogelijk kansen te geven!!
Juni 2014:
Beter het verloop MDi volgen.
Om het antibiotica gebruik naar beneden te krijgen bent u met VMS DeLaval duidelijk in het voordeel.
Niet alleen vanwege de melktechniek maar ook door dat u heel vroeg afwijkingen in de melkkwaliteit kunt zien.
De geleidbaarheid wordt elke melkbeurt nauwkeurig en per speen gemeten en o.a. in de koemonitor onthouden. Zo kunt u gemakkelijk terug kijken of het een nieuwe situatie is of niet, en bij droogzetten hoe het het voorbije jaar gegaan is, enz..
Vooral de MDi over het voorbij lactatiejaar terugkijken is erg interessant, zie ook Tip vd Maand April 2013.
Alleen de kleur van de MDi lijn is nogal grijs en onduidelijk.
Die kunt u aanpassen: ga daarvoor naar “Lijsten” en “Grafieken aanpassen”. Dan zoekt u “Conductivity & Blood graph “ Total” Daarop dubbel klikken, dan naar Teller (uier). Dan kunt u bij “Serie kleur” een duidelijke kleur uitzoeken. Alles wel opslaan natuurlijk.
Nu een interessante koe opzoeken in de koemonitor, daarop dubbelklikken en de “Grafiek melkgift, geleidbaarheid & bloed” opzoeken.
Dan ziet u onderaan de lijn van de MDi in uw nieuwe kleur. Als u dan de grafiek over 30 dagen of bijvoorbeeld een jaar bekijkt wordt veel duidelijk!
Mei 2014:
Doseersnelheid krachtvoer verstrekken.
Onder “Unit” kunt u onder “Alpro” bij de melkrobot, en eventueel de krachtvoer box, de krachtvoer doseersnelheid per minuut instellen. Hoe hoog deze moet staan hangt af van hoeveel krachtvoer u wilt verstrekken.
Daarnaast is het belangrijk dat de koe haar bezoek aan de VMS zo lang mogelijk leuk vindt en het is niet leuk als ze de brok al op heeft terwijl het voorbehandelen nog maar amper klaar is.
Heeft u een hoog basisrantsoen aan het voerhek en voert u per koe max. 4-5 kg per dag hoort daar een doseersnelheid bij van 0,30 kilogram per minuut.
Voert u een laag basisrantsoen en moeten de hoogste koeien wel 8 kg opnemen hoort daar een doseersnelheid van 0,45 /0,50 bij.
Let wel: de gemiddelde koe vreet ca. 0,40 kg per minuut.
Gebruik dan wel de mogelijkheid bij de individuele koe op haar koekaart om de opnamesnelheid te verlagen, bijvoorbeeld wanneer ze onrustig wordt of slechts een beetje lokbrok krijgt.
Deze kunt u variëren van 75 – 150 %
De doseersnelheid van het krachtvoerstation hoeft eigenlijk nooit hoger dan 0,30 te staan.
April 2014:
Hoe lang moet een koe droog staan??
Dat is afhankelijk van hoe haar conditie is, of ze echt herstellen moet, hoeveel ruimte heeft ze, enz.
Belangrijker is dat ze al ver voor droogstand richting juiste conditie gevoerd wordt en klauwen verzorgd zijn. Aan het eind van de lactatie is aandeel ruwvoer/ structuur belangrijker dan energie om volgende lactatie goed te starten en lang veel melk te kunnen geven.
Er is een attentie lijst die zegt welke koeien binnenkort droog moeten, u kunt deze “vermaken” naar een attentielijst die zegt: welke koeien mogen over 100 dagen droog. Bij die koeien is het erg belangrijk: hoe doen ze het en hoe is hun conditie: moet ik rantsoen, krachtvoergift, of zelfs melktoestemming alvast aanpassen zodat ze in juiste conditie en niet teveel melk droog kan?
Welke koeien kunnen de komende maand droog: klauw bekappen?
En wanneer droog: hoe is het dit jaar gegaan met productie en geleidbaarheid, eenvoudig per speen te controleren, en het celgetal? Welke droogzetter zal ik gebruiken, of zou het zonder kunnen? (Zie Tip April 2013)
Maart 2014:
Werklijst Arbeidsroutine.
Voor in het Logboek, dit is een map die u bij de opstart gekregen hebt en waar vaak ook de monteurs hun bezoekrapporten in stoppen, zit een lijst “Enkele tips voor goed VMS gebruik”. Onderaan staat ook het storingsnummer van uw VMS regio, enz. Deze lijst is erg belangrijk en wordt vaak bij opstarten getoond en langs gelopen. => Kijk hem nu weer eens na, klopt het nog, en weet u het nog?
Wie die lijst niet (meer) heeft, ik heb hem wel digitaal (dan wel aangevuld met wat ik ook belangrijk vind 😉 ).
Stuur even een mailtje naar harry@harrytuinier.nl
Februari 2014:
Driespeen “bestaand speen?”
Bij een driespeen kan het vierde speen langzamerhand verder opdrogen en langzamerhand voor de robot (lasers) niet meer goed te zien zijn, of kan de camera het speen niet meer van het uier onderscheiden.
Vooral bij voorspenen is dat lastig want die gebruikt hij voor positiebepaling.
Dan ziet u de arm bijvoorbeeld helemaal verkeerd of veel te lang zoeken:
Op de koekaart bij “VMS instellingen” bij de instellingen “Bestaand speen” vierde speen ook uitvinken en het gaat weer een stuk vlotter!
Januari 2014:
Speenposities opslaan.
Nadat de robotarm een melkbeker heeft gepakt duurt het meestal tussen de 3 en 8 à 10 seconden dat deze melkbeker aangesloten is. Dat is prima, lekker vlot en dan worden de gegevens van de speenposities elke keer weer opgeslagen zodat de VMS het veranderende uier goed volgt en vlot aansluiten blijft.
Als het aansluiten langer dan ca. 15 seconden duurt dan duurt dat te lang en worden deze gegevens van speenposities niet opgeslagen, gewoon omdat dat niet goed is. Een nadeel is dat hij de volgende keer weer met dezelfde foute posities begint te zoeken.
Let dus goed op bij koeien waarbij hij te lang werk heeft. Bij de meesten is een keer opnieuw inregelen al voldoende om hem meteen veel vlotter te laten aansluiten. Bij anderen maakt u gebruik van de bijzondere speeninstellingen, voerbak naar voren, minder vaak of juist vaker laten melken, of is het eigenlijk toch een driespeen?
Vanaf juni 2010 is elke maand een nieuwe tip geplaatst.
De eerdere tips kunt u nog steeds elders op deze site terug lezen.
Het is misschien niet verstandig alles in een keer te lezen…..
Hebt u vragen, opmerkingen over de tips
of heeft u zelf tips, of wilt u ervaringen delen?
Die zijn natuurlijk hartelijk welkom!
Even een berichtje via de contactpagina!