Is weiden met melkrobots een nadeel?

Misschien wel, immers de hele dag moeten de koeien gemolken kunnen worden.
Maar zoals een groot voetballer al eens zei: “Elk nadeel hep zijn voordeel” is dat ook duidelijk zo bij melken en weiden met melkrobots, zeker als het zo warm is.

In de natuur vrat de koe ‘s morgens voor en tijdens zonsopkomst haar pens vol om daarna in de schaduw, beschut onder de bomen bijvoorbeeld, al herkauwend het geoogste gras te verteren.
Bij zonsondergang deed ze hetzelfde, en ging daarna weer beschut en veilig liggen te herkauwen, ook om aan de wilde dieren te ontkomen.
Vooral ‘s avonds eten de koeien graag en veel, dan is het gras het lekkerst.
(‘s morgens met dauw iets natter, e.d.)
Met dit gedrag produceerde ze voldoende melk voor haar kalf, en energie voor haar onderhoud.
Maar nu moet de koe wel 4 tot 5x zoveel melk geven als vroeger.

Het voordeel: Dit natuurlijk gedrag is met robotmelken natuurlijk prima na te bootsen!
Bij de niet-robotmelkers zijn de mooiste weidetijden vaak ook de melktijden….

Pas de tijden bij het selectiehek aan en begin iets voor zonsopkomst. Dus in het voorjaar vanaf ca. 06.00 uur, en rond de langste dag en / of bij warm weer zo dat de eersten al vanaf ca. 04.00 uur weer naar buiten kunnen!
Wordt het warm ga dan in plaats van 13.00 uur, wat eerder bijv. 10.00 / 11.00 uur, de koeien in de stal voeren. Want dat is nu de beschutte, koele, veilige plek.
De stal moet natuurlijk wel frisse lucht hebben.
En dan zijn ook alle koe-controle dingen uit te voeren.
‘s Avonds idem, laat de koeien pas na de meeste warmte, meestal na 16.00 uur maar bij hoogzomer wel 17.00 / 18.00 uur, naar buiten en als het donker wordt in de stal nieuw voer voor het voerhek draaien of aanschuiven, liefst met een beetje lawaai.

Pas altijd voerhoeveelheden en eiwitaanvulling aan het voerhek aan aan het grasaanbod.
Met de warmte en droogte van dit jaar zal de grasopname niet veel voorstellen en is aantal uren lekker naar buiten belangrijker dan de voeropname uit gras.

Op deze manier is nog best veel voer in de koe te krijgen met minimaal last van de warmte zodat ze haar productie en conditie redelijk vast kan houden.